Rowie Stolk wint VAR-Lex Michiels prijs
Rowie Stolk ontving op 16 mei de VAR-Lex Michiels prijs voor haar proefschrift ‘Procederende belangenorganisaties in de polder: Een interdisciplinair perspectief op de toegang tot de rechter’.
In haar proefschrift onderzocht Rowie de legitimiteit en effectiviteit van het beroepsrecht voor belangenorganisaties die algemene of collectieve belangen behartigen. De VAR-Lex Michiels Prijs wordt eens per vier jaar toegekend door de Vereniging voor Bestuursrecht (VAR) aan een auteur (onder de 35) van een oorspronkelijk werk dat naar het oordeel van de jury een bijzonder waardevolle en innovatieve bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling van het Nederlandse bestuursrecht.
Aan het eind van de VAR-jaarvergadering kreeg Rowie de prijs uitgereikt door juryvoorzitter Adrienne de Moor-van Vugt. Naast juryvoorzitter Adrienne de Moor-van Vught (Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State) bestond de jury uit uit Anoeska Buijze (Universiteit Utrecht), Bernard de Leest (Zumpolle Advocaten) en Marc Wever (Rijksuniversiteit Groningen, winnaar 2021). De jury werd ondersteund door secretaris Tom Kobes, (masterstudent staats- en bestuursrecht, Rijksuniversiteit Groningen).
In Rowie’s proefschrift staat de toegang van belangenorganisaties tot de rechter centraal. In het juryrapport schrijft de jury hierover:
“Het is actueel omdat de laatste jaren verschillende algemeen/collectief belang acties zijn aangespannen tegen de overheid. Het bespreekt zowel de bestuursrechtelijke als de civielrechtelijke mogelijkheden voor belangenorganisaties. Dit conceptueel heldere onderzoek combineert interne rechtsvergelijking tussen civiel recht en bestuursrecht met externe rechtsvergelijking met de VS. Daarbij onderzoekt Stolk ook nog de rol van belangenorganisaties in het politieke proces vanuit een sociaalwetenschappelijk perspectief. Methodologische rijkdom dus, en een veelomvattend kader. Het voorziet dat beroepsrecht van een helder dogmatische basis als het gaat om de legitimiteit van een dergelijk beroepsrecht en de representativiteit van de organisatie. Waar soms dergelijke organisaties als lastpak worden gezien, wordt mooi beargumenteerd dat het gaat om het blootleggen van structurele onrechtvaardigheid en om gelijke kansen om gerechtigheid te krijgen voor maatschappelijk kwetsbaren ten opzichte van maatschappelijk sterken. De synthese overtuigt. Het onderzoek smaakt naar meer, in de zin dat het ontwikkelde kader zich leent voor toepassing op en analyse van deelgebieden, zoals sociale zekerheid en gegevensbescherming. Stolk biedt bovendien een welkom alternatief voor het beschermen van zwakke belangen in de democratische rechtsstaat nu veel van het bestuursrechtelijke discours gedomineerd wordt door op het individu toegesneden, en daardoor niet altijd haalbare, oplossingen.”
Rowie verdedigde haar proefschrift in 2024, en is sindsdien als universitair docent verbonden aan de afdeling staats- en bestuursrecht. Zij verricht vervolgonderzoek naar onder andere rechterlijke remedies in algemeenbelangacties, en de omvang, aard en strategieën van strategisch procederende belangenorganisaties.