
Een belastinglek van ‘majeure proporties’ kost Nederland €1,7 miljard
In de media beeld: Arjan van den Berg via Unsplash
Het belastinglek dat vorig jaar door het Financieele Dagblad werd onthuld, blijkt veel groter dan gedacht. Hoogleraar Belastingrecht Jan van de Streek sprak met het FD: ‘Het gaat om een heffingslek van majeure proporties’.
In de zomer van 2024 bracht het FD een groot belastinglek aan het licht. Duitse beleggers kochten de afgelopen jaren voor meer dan €11 miljard aan Nederlandse vastgoed, voornamelijk kantoren en hotels op toplocaties, zonder daar winstbelasting over te betalen. De schade die toen werd gerapporteerd? Het ontluisterende bedrag van €1,1 miljard.
Hierbij werd alleen geen rekening gehouden met de zogenoemde ‘stille reserves’: het verschil tussen de oorspronkelijke aankoopprijs van een pand en de huidige, vaak veel hogere waarde. Over dat verschil hoeft pas belasting betaald te worden als het pand verkocht wordt. Gezien de totale boekwinst van €2,4 miljard, komt dat uit op een extra belastingderving van €600 miljoen. Dit opgeteld bij de eerdere schade, kost dit belastinglek de Nederlandse schatkist in totaal zo’n €1,7 miljard.
Het is daarom niet gek dat Van de Streek spreekt van een ‘heffingslek van majeure proporties’. Volgens de hoogleraar is dit probleem ontstaan als gevolg van een verouderde en ‘rammelende’ wettekst uit 1969. Die stelt dat Duitse fondsen alleen winstbelasting hoeven te betalen als er sprake is van ‘doelvermogen’. De Hoge Raad oordeelde vorig jaar dat dit niet het geval is, omdat er meerdere private beleggers deelnemen in de Duitse fondsen. Dat het Ministerie van Financiën zo overvallen werd door dit nieuws, is onbegrijpelijk volgens Van de Streek: ‘De wetgever had dit lek veel eerder stevig kunnen repareren met spoedwetgeving. Ik pleit ervoor om dat met terugwerkende kracht alsnog te doen.’