Universiteit Leiden

nl en

Onderzoeksproject

Melodie in spraak

In alle talen wordt gebruikgemaakt van melodie in spraak, vooral door de stem in toonhoogte te laten stijgen en dalen. Deze variatie in toonhoogte is alomtegenwoordig en maakt een breed spectrum aan nuancering van zinnen mogelijk: het geeft een extra betekenislaag. Als iemand bijvoorbeeld 'ja' zegt met een stijgende toonhoogte, impliceert dat een vraag (en geen bevestiging). Melodie is essentieel bij de communicatie in het sociale verkeer.

Contact
Yiya Chen
Financiering
Vici Vici

In alle talen wordt gebruikgemaakt van melodie in spraak, vooral door de stem in toonhoogte te laten stijgen en dalen. Deze variatie in toonhoogte is alomtegenwoordig en maakt een breed spectrum aan nuancering van zinnen mogelijk: het geeft een extra betekenislaag. Als iemand bijvoorbeeld 'ja' zegt met een stijgende toonhoogte, impliceert dat een vraag (en geen bevestiging). Melodie is essentieel bij de communicatie in het sociale verkeer.

Talen hebben uiteenlopende manieren om verschillende betekenislagen in spraak over te brengen. In talen als het Standaardnederlands wordt een breed spectrum aan betekenissen op zinsniveau overgebracht met variatie in toonhoogte. Voorbeelden hiervan zijn vragen stellen, belangrijke informatie benadrukken, een bedoeling aangeven, en een attitude of emotie overbrengen.

Melodie wordt echter niet alleen op dit niveau gebruikt om betekenis te geven. De meeste talen in de wereld (60-70%) zijn toontalen. Daarin wordt variatie in toonhoogte gebruikt om onderscheid te maken tussen individuele woordbetekenissen (zo betekent shi 'ja' met een dalende toon, maar 'steen' met een stijgende toon). Niettemin kunnen sprekers van toontalen variatie in toonhoogte ook gebruiken om betekenissen op zinsniveau uit te drukken.

Wereldwijd bestaan er grote verschillen tussen toontalen. Vooral twee algemeen bekende verschillen zijn relevant. Een daarvan betreft de vorm van de melodie op woordniveau. In sommige talen bepaalt voornamelijk toonhoogte (hoog, midden, laag) het onderscheid tussen woorden, terwijl in andere talen ook tooncontouren (bijvoorbeeld stijgend of dalend) bepalend zijn. De andere betreft de functie van de melodie op woordniveau. In sommige talen bepalen tonen niet alleen het onderscheid tussen woorden, maar hebben ze ook een grammaticale functie (bijvoorbeeld het aanduiden van verschillende werkwoordstijden of naamvallen). In een toontaal worden dus verschillende soorten informatie, zowel op woord- als zinsniveau, overgebracht met hetzelfde melodische signaal in de spraak.

We weten dat zowel deze verschillende betekenislagen als de gedrags- en neuro-cognitieve aspecten van het produceren en interpreteren ervan nauw verweven zijn. De wijze waarop ze samenhangen en hoe deze verbanden mogelijk op een verschillende manier tot uitdrukking komen in de talen van de wereld is echter nog onduidelijk. Daarom worden in dit project de volgende belangrijke, maar nog niet beantwoorde onderzoeksvragen gesteld. 

  1. Welke verschillen bestaan er tussen typologisch verschillende toontalen in de wijze waarop sprekers toonhoogte variƫren om zowel de toon op woordniveau als intonatie op zinsniveau aan te geven?
  2. Welke invloed hebben deze verschillen op de manier waarop luisteraars variatie in toonhoogte gebruiken om woorden te herkennen en zinnen te begrijpen?
  3. Hebben verschillen in tonaal systeem ook een sturende invloed op taalspecifieke hersengebieden die betrokken zijn bij het afleiden van betekenis uit melodische signalen?

In dit interdisciplinaire onderzoek worden deze vragen beantwoord met goed gecontroleerde systematische vergelijkingen van de manier waarop variatie in toonhoogte samenhangt met betekenis op woord- en zinsniveau in typologisch verschillende tonale systemen. Het doel van dit onderzoeksprogramma is inzicht krijgen in de algemene en taalspecifieke mechanismen die een sturende invloed hebben op de productie, het begrip en de neurale verwerking van variatie in toonhoogte in toontalen.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.