Universiteit Leiden

nl en

Beter pijnstillers doseren in het ziekenhuis

Kinderen, hartpatiënten of mensen met ernstig overgewicht. Hoe kunnen we de dosering van pijnstillers voor deze patiënten verbeteren? Ziekenhuisapotheker Sjoerd de Hoogd van het St. Antonius Ziekenhuis in Utrecht onderzocht het. Hij combineerde hiervoor data uit de praktijk met de kennis en kunde van het Leiden Academic Centre for Drug Research (LACDR). De Hoogd ontving de proefschriftprijs van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers.

‘Pijn en de bestrijding hiervan krijgen in het ziekenhuis steeds meer aandacht,’ vertelt De Hoogd. ‘Het is voor de inspectie zelfs een indicator van kwaliteit. Ik heb me gericht op pijnbestrijding tijdens en na de operatie. Het aantal operaties neemt toe, en er zijn veel verschillende patiënten. Voor veel van die groepen weten we nog niet precies hoe we pijnstillers het beste kunnen doseren. Daarom hebben we gekeken hoe we de dosering, duur en het soort pijnstillers voor een aantal specifieke patiëntgroepen kunnen optimaliseren.’

Sjoerd de Hoogd na uitreiking van de NVZA-proefschriftprijs

Data verzamelen in het ziekenhuis

De Hoogd en zijn collega’s onderzochten drie soorten patiënten: volwassenen die een hartoperatie ondergingen, kinderen die een hartoperatie ondergingen en patiënten met zeer ernstig overgewicht na een maagverkleining. In het St. Antonius Ziekenhuis verzamelden ze data zoals pijnscores, het tijdstip waarop medicatie werd toegediend, de dosering en de concentratie van pijnstillers in het bloed op verschillende momenten. Daarnaast keken ze ook of de pijn een jaar na de hartoperatie nog aanwezig was. ‘Bij kinderen lag de nadruk op wanneer en hoe vaak er een zogenaamd “rescue-event” nodig was,’ aldus De Hoogd. ‘Oftewel: wanneer de verpleging een extra dosis pijnstilling moest toedienen.’

Wanneer is er meer pijnstilling nodig?

Met al die data ging De Hoogd vervolgens aan de slag bij het LACDR. ‘We stopten alle data in een computermodel. Op die manier konden we de meetgegevens vergelijken met de kans op een rescue event: het ervaren van pijn. Wat is nou van invloed op die kans? Wat zorgt ervoor dat iemand een nieuwe portie pijnstilling nodig heeft, en hoe kunnen we dat verbeteren? Tijd heeft bijvoorbeeld een logische invloed: langer na de operatie is er minder kans op een rescue-event, omdat de pijn steeds meer afneemt.’

'Het helpt niet altijd om meer morfine te geven'

Bij kinderen bleek er iets bijzonders aan de hand te zijn. De Hoogd: ‘We hadden data van 35 kinderen die direct na hun hartoperatie volgens het standaardprotocol morfine kregen. In totaal is er 130 keer extra morfine bijgegeven. Dit gebeurde echter bij zowel lage als hoge concentraties morfine in de kinderen. We zagen dus geen duidelijke relatie tussen de morfineconcentratie en het effect op de pijnbestrijding.’ En dat is belangrijk voor de behandeling. ‘Het laat zien dat het niet altijd helpt om nog meer morfine te geven. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat de geschikte receptoren, de plekken waar morfine kan aangrijpen, al vol zitten. Of dat morfine niet snel genoeg werkt. In dat geval zou het beter helpen om een ander middel te geven.’

'Door deze samenwerking heeft Sjoerd optimaal gebruik gemaakt van de data uit het ziekenhuis.'

Kliniek en statistiek versterken elkaar

Het onderzoek is een mooi voorbeeld van hoe de kliniek en academie elkaar kunnen versterken, aldus promotor Catherijne Knibbe. ‘Door een klinische blik te combineren met de statistiek en modellen van het LACDR heeft Sjoerd optimaal gebruik gemaakt van de beschikbare data. Dat heeft geresulteerd in concrete resultaten voor de verschillende patiëntengroepen.’ Daar is De Hoogd het mee eens: ‘Het is heel waardevol om te leren hoe je data van patiënten op een wiskundige manier kunt verwerken. Maar ook andersom: onderzoekers van het LACDR hebben in het ziekenhuis kunnen meekijken bij echte operaties en het toedienen van pijnstillers. We worden er allemaal beter van!’

NVZA-proefschriftprijs

De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) rijkt jaarlijks de NVZA-proefschriftprijs uit als erkenning voor de uitstekende wetenschappelijke kwaliteit van een recent verschenen proefschrift dat een relevant onderzoek beschrijft binnen de ziekenhuisfarmacie. Bij de prijs hoort een educational grant van 2.000 euro.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.