Jan-Peter Loof preadviseert over noodtoestanden in het publiekrecht
Op 24 en 25 november j.l. is tijdens de jaarvergadering van de Vereniging voor de Vergelijkende Studie van het Recht van België en Nederland het preadvies van Jan-Peter Loof bediscussieerd.
Deze ‘vereniging met de lange naam’ komt jaarlijks bijeen om in drie afdelingen (publiekrecht, strafrecht en civiel recht) een bepaald onderwerp re bediscussiëren. Over dit onderwerp worden dan telkens twee preadviezen voorbereid: één uit België en één uit Nederland.
Het thema van de afdeling Publiekrecht van de vereniging was dit jaar ‘noodtoestanden in het publiekrecht’. Het Nederlandse preadvies was geschreven door Jan-Peter Loof en het Belgische preadvies door Geert Van Haegenborgh (referendaris bij het Belgische Hof van Cassatie) en Willem Verrijdt (referendaris bij het Grondwettelijk Hof van België). De beide preadviezen brachten mooi de verschillen tussen de Belgische en Nederlandse benadering van het fenomeen noodtoestanden in beeld. Zo kent de Belgische grondwet een expliciet verbod om af te wijken van de grondwettelijke normen, waar de Nederlandse Grondwet in art. 103 en in de daarmee samenhangende uitvoeringswetgeving nu juist een redelijk uitvoerig pakket aan specifieke noodregels kent, waarbij afwijking van de normale grondwettelijke normen juist wordt toegestaan; zij het binnen bepaalde grenzen en met enkele waarborgen die betrokkenheid van de volksvertegenwoordiging bij de besluitvorming proberen te garanderen.
Tijdens de discussie werd al snel duidelijk dat de verschillen tussen beide landen in de praktijk misschien minder groot zijn dan op papier lijkt. Het Belgische grondwettelijke verbod staat in de praktijk niet in de weg aan het tot stand brengen van bepaalde noodwetten en -besluiten, ook als die een afwijking van het grondwettelijk stelsel van bevoegdheden toedeling inhouden. En de redelijk uitvoerige manier waarop in Nederland het uitroepen van een uitzonderingstoestand is ingekaderd biedt uiteindelijk misschien toch minder waarborgen dan op het eerste gezicht lijkt. Een belangrijke conclusie van de dag was wel dat het model van tijdelijke noodtoestanden waarin wordt afgeweken van het normale rechtsstelsel moeilijk toe te passen is op de hedendaagse veiligheidsbedreigingen die niet altijd een zo herkenbaar begin en einde hebben (denk aan terrorismedreiging).
Klik hier voor de inhoudsopgave van de preadviezen over noodtoestanden.