
China’s nieuwe helden: ‘Jezelf opofferen voor de gemeenschap geeft status’
Chinese politiek
Jezelf opofferen voor een groter goed: in China wordt martelaarschap en heldenverering sinds een jaar of tien stevig aangemoedigd door de Communistische Partij. Universitair docent Vincent Chang vertelt meer over deze vergaande ontwikkeling.

‘De verering van helden leek achter ons te liggen’, vertelt Chang. ‘In de tijd van Mao werden revolutionairen vereerd die tegen de imperialisten en kapitalisten vochten, maar die traditie was wat weggeëbd. Dat baarde het Chinese leiderschap zorgen: de Sovjet-Unie is immers ten val geraakt door de oude waarden en doelen de rug toe te keren. Juist nu China erop afkoerst om een supermacht te worden, is er angst om net voor de finish te struikelen.’
Een jaar of tien geleden is de Chinese overheid daarom een campagne begonnen om die heldenverering nieuw leven in te blazen, met een nieuw type held in de hoofdrol. Chang: ‘Tegenwoordig gaat het niet zozeer meer om de klassenstrijd en de revolutie, maar meer om waarden als patriottisme en gemeenschapszin. Hedendaagse helden zijn mensen die op enige manier een offer hebben gebracht voor een vreedzame samenleving, bijvoorbeeld brandweerlieden en andere eerstehulpverleners, maar ook gewone burgers die in een rivier springen om een verdrinkend kind te redden.’
Officiële status
Die helden- en martelarenverering gaat er officieel aan toe, vertelt Chang. ‘Op allerlei niveaus volgen overheidsorganen een officiële, wettelijk vastgelegde procedure.’ Komt een benoeming tot martelaar erdoor, dan kan de familie verschillende voordelen verwachten. Chang: ‘Ze krijgen bijvoorbeeld een uitkering, voorrang op goed onderwijs, worden geholpen om een baan of huis te vinden en mogen gratis reizen.’ Het is daarnaast wettelijk verboden deze martelaren te beledigen of hun heldendaden te ontkennen.
Daarmee stijgt ook hun status in de gemeenschap. ‘De helden krijgen een diploma en een gedenksteen op een martelarenbegraafplaats’, vertelt Chang. ‘Mensen worden vervolgens geacht daar op bepaalde herdenkingsdagen een passend eerbetoon te brengen, bijvoorbeeld door bloemen te leggen en drie keer te buigen. Soms zie je ook dat schoolkinderen op bezoek gaan bij de achtergebleven familie. Daar wordt soms een grootscheepse collectieve exercitie van gemaakt: ze leggen dan bijvoorbeeld te voet een grote afstand af, zodat die kinderen al een beetje leren wat afzien en inspanning is en ze het beter onthouden.’
Tweerichtingsverkeer
Dit alles mag klinken als een partij die het leven van de bevolking tot in de puntjes reguleert, volgens Chang is de werkelijkheid complexer. ‘Veel Chinezen doen van oudsher aan voorouderverering. De stap van overleden voorouders herdenken naar gevallen patriotten eren is betrekkelijk klein.’ Daarbij helpt het dat veel van de helden op lokaal niveau worden gekozen en vereerd, en hun heldendaden tastbaar zijn voor de plaatselijke gemeenschap. Chang: ‘Zo ontstaat een soort maatschappelijk ecosysteem, waarbij niet alleen van boven naar beneden, maar ook zeker van beneden naar boven initiatief wordt genomen om helden en martelaren te eren.’
Digitale ontwikkelingen spelen daarbij een belangrijke rol. Chang: ‘In coronatijd was het al mogelijk om een professionele dienstverlener bloemen bij een monument of graf te laten leggen en daar zelf via een videoverbinding bij aanwezig te zijn, maar inmiddels zijn ook veel monumenten online geplaatst, zodat je volledig virtueel eer kunt bewijzen aan de martelaren. Daarnaast wordt AI ingezet om martelaren te reproduceren. Je kunt dan praten met helden die tien of twintig jaar geleden al zijn overleden.’
Expansie naar het buitenland
De heldenverering breidt zich niet alleen digitaal uit. Ook het buitenland heeft China’s aandacht. ‘Ambassades en consulaten worden geacht om in het buitenland plekken te vinden waar Chinese martelaren en helden liggen en daar monumenten te plaatsen of onderhouden. Dat gaat van de aanleg van een spoorlijn in Tanzania en Zambia waarbij in de jaren zestig en zeventig honderden arbeiders en enkele ingenieurs zijn overleden tot het NAVO-bombardement van de Chinese ambassade in Belgrado in 1991, waarbij drie Chinese journalisten werden gedood.’
In eerste instantie is deze buitenlandse heldenverering gericht op de Chinese diaspora. ‘Ook in het buitenland worden daarom regelmatig herdenkingen gehouden op plekken waar de helden zijn gevallen. Die zijn in principe bedoeld om de ‘sociale kernwaarden’ van patriottisme en collectivisme ook bij de Chinese gemeenschap daar levend te houden. Maar soms doet ook de gaststaat mee, zoals in Servië. Dat dient dan een diplomatiek doel: het bekritiseren van de wandaden van de NAVO.’
In het project Advancing Authoritarian Memory: Global China’s New Heroes onderzoekt Vincent Chang met een scala aan collega’s binnen en buiten Leiden de ambitieuze en verreikende campagne die onlangs door de Chinese partijstaat is gestart om het pantheon van nationale helden en martelaren te actualiseren en gebruiken om de natie te verenigen en mobiliseren tijdens wat zij beschouwt als de kritieke laatste fase in haar streven een moderne mondiale supermacht te worden. In juni vond in Leiden een workshop plaats met ruim 20 projectdeelnemers, waarin bijdragen werden besproken voor een boek dat naar verwachting volgend jaar verschijnt.