Overheden missen kennis en tools voor juiste toepassing Woo
beeld: Laurin Steffens via Unsplash
Veel overheidsorganisaties hebben nog te weinig kennis van de Wet open overheid (Woo), ‘wat zorgt voor frustratie bij verzoekers en onzekerheid bij derden’, zegt Annemarie Drahmann, universitair hoofddocent Bestuursrecht en Woo-expert in iBestuur.
De Wet open overheid (Woo) biedt ruimte voor derden, vaak bedrijven, om bezwaar te maken tegen openbaarmaking van documenten. waarin zij worden genoemd. In de praktijk leidt dit proces echter tot vertraging, frustratie bij Woo-verzoekers en onzekerheid bij derden, blijkt uit onderzoek van de Universiteit Leiden in opdracht van het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI). Voor dit onderzoek analyseerden de Leidse juristen 843 rechterlijke uitspraken en hielden zij een enquête onder ruim 300 ambtenaren, bedrijven en Woo-verzoekers.
Volgens hoofdonderzoeker Annemarie Drahmann is het een structureel probleem: ‘Het is zorgwekkend dat 2,5 jaar na de inwerkingtreding van de Woo veel bestuursorganen nog altijd onvoldoende lijken te hebben geïnvesteerd in de software die nodig is om Woo-verzoeken goed af te handelen.’ Een belangrijke oorzaak is het gebrek aan kennis over de Woo. Ambtenaren weten vaak niet wie als derde moet worden aangemerkt, wat leidt tot vertraging. Bovendien zijn werkprocessen en ICT-systemen slecht ingericht op de verwerking van Woo-verzoeken. De Leidse onderzoekers pleiten voor standaardisatie van procedures, duidelijke criteria en training voor ambtenaren. Ook efficiëntere digitale hulpmiddelen, bij ‘transparant lakken’ – waarbij informatie afhankelijk van de lezer zichtbaar is – kunnen bijdragen aan snellere en betere afhandeling.