
Big tech amper bij te benen: ‘Tijd voor actie bij de overheid’
Interview Alex Ingrams beeld: Pixabay/Arash Nikkhah
Van gesloten overheidssystemen in het Midden-Oosten naar een uitzonderlijk open Nederlandse overheid. Bestuurskundedocent Alex Ingrams is expert op het gebied van transparantie: ‘Waarom zijn sommige landen geheimzinnig? En wat is de rol van technologie?’
Kun je me vertellen over je meest recente onderzoek?
‘Dat gaat over verantwoordelijkheid en innovatie, de twee ideeën achter transparantie in bestuur. Als je veel overheidsdata online zet, dan kunnen bedrijven dat gebruiken. Denk aan afvalinzameling: als bedrijven weten hoeveel afval er wordt verzameld in welke buurt, dan kunnen er apps en websites worden gecreëerd om burgers dat te laten weten. Wanneer dit wordt toegepast over (verschillende) servicedomeinen heen, dan heet dat de triple helix-approach van innovatie: bedrijfsleven, overheid en onderzoekers werken samen. Wat open overheid betreft, is Nederland een van de meest vooruitstrevende landen.’
Waarom kiest Nederland voor transparantie?
‘Het zou vanwege maatschappelijke druk kunnen zijn, maar een positieve benadering is dat de overheid zich laat inspireren door wat in de techwereld al gebruikelijk is. Grote techbedrijven werken steeds vaker met open source: ze stellen delen van hun technologie beschikbaar, zodat anderen erop kunnen voortbouwen. Zo stimuleren ze innovatie, terwijl ze zelf de intellectuele eigendomsrechten behouden.
De Nederlandse overheid doet iets soortgelijks: door data en systemen open te stellen, worden externe partijen aangemoedigd om nieuwe toepassingen te ontwikkelen. Dat kan leiden tot groei en innovatie. De private sector heeft zijn eigen problemen met transparantie, maar de overheid kan er nog steeds inspiratie uit halen.’
Hoe is jouw fascinatie voor transparantie gestart?
‘Eerder deed ik de bachelor Midden-Oostenstudies en leerde ik Arabisch. Ik was altijd geïnteresseerd in het vergelijken van culturen en landen en hun overheidssystemen, in het bijzonder in gebieden waar je veel strijd en uitdagingen hebt bij de overheid. Waarom en hoe kun je corrupte overheden veranderen? Waarom kiezen sommige landen voor transparantie en andere landen voor geheimzinnigheid?’
Meer transparantie, minder corruptie?
‘Dat is het idee, dat is een van de aannames die je wil testen en begrijpen. Mijn interesse begon bij de vraag hoe corruptie werkt en aangepakt kan worden. Tijdens mijn promotieonderzoek dat ik afrondde in 2017 was er al geruime tijd een digitale transformatie gaande. De Arabische Lente, die in 2012 uitdoofde, werd deels gedreven door sociale media, waardoor corrupte regeringen konden worden afgezet. Ik kijk nu verder dan het Midden-Oosten en richt me in het algemeen op transparantie en technologie. Ik vergelijk dat in verschillende landen. Dit wordt onder meer onderzocht in Nederland, het VK, Duitsland en de Verenigde Staten.’

Alex Ingrams over specialisatie DBM
Alex Ingrams is coördinator van de bachelor-specialisatie Digitalisering, Bestuur en Maatschappij (DBM) binnen de studie Bestuurskunde. In deze specialisatie leren studenten over data en digitale vaardigheden die onmisbaar zijn voor professionals in de publieke sector. ‘Beleidsmakers krijgen steeds vaker te maken met digitale vraagstukken: denk aan de toeslagenaffaire, datalekken, cyberaanvallen of de inzet van algoritmes. Er komt bovendien steeds meer aandacht voor de rechtvaardigheid en ethiek van datagebruik. Je hoeft geen computerwetenschapper te zijn om met deze problemen om te gaan, maar het helpt wél als je begrijpt hoe data science werkt, en wanneer het ethisch en verantwoord is om technologie in te zetten.’
Is digitale ontwikkeling wel de verantwoordelijkheid van de overheid?
‘Ja, dat denk ik wel. De overheid is een belangrijke aanjager van innovatie en economische groei. Hoewel we sterk vertrouwen op vrijheid in commerciële markten, is de invloed van digitale technologie inmiddels zo groot dat overheden niet langer aan de zijlijn kunnen blijven staan. Techbedrijven streven winst en marktdominantie na en data is zo’n beetje de nieuwe olie geworden.
De overheid moet actiever optreden om fundamentele rechten te beschermen, bijvoorbeeld door transparantie van algoritmes te eisen en kritisch te kijken naar toepassingen van AI, zoals gezichtsherkenning. Ook wordt gedacht aan onafhankelijke datacentra om de controle te versterken. Toch loopt de overheid hierin vaak achter, terwijl techbedrijven lobbyen om bijv. AI-regulering te beïnvloeden. Ik zou het geen strijd met techbedrijven willen noemen, maar de spanning is groot.’
Wat moet er volgens jou nu binnen de overheid gebeuren op het gebied van digitalisering, en wat mogelijk in de toekomst?
‘Digitalisering raakt alle aspecten van ons leven, dus de overheid moet hierin veel actiever worden. Cruciaal is het om duidelijk te maken welke publieke waarden beschermd moeten worden én welke risico’s technologie vormt. Denk aan de impact van AI en de enorme verspreiding van desinformatie en nepnieuws, wat het moeilijk maakt om weloverwogen politieke keuzes te maken.
Een andere uitdaging is dat samenwerking rond data binnen de overheid achterblijft. Er wordt veel data verzameld, maar bijvoorbeeld niet gedeeld uit angst voor privacyproblemen. Daardoor blijft waardevolle informatie, zoals voor klimaatbeleid, versnipperd.’

Lopend onderzoek: kan AI studenten cijfers geven?
Alex Ingrams: ‘Door mijn werk ben ik me steeds meer gaan richten op onderwijs, en vooral op de combinatie tussen onderwijs en onderzoek. Het versterkt elkaar. Daarom werk ik samen met ministeries en universiteiten aan verschillende projecten om beter te begrijpen welke digitale competenties publieke managers vandaag en in de toekomst nodig hebben.'
- 'Een concreet voorbeeld van lopend onderzoek is de vraag of AI geschikt is om studenten cijfers te geven. We willen weten hoe studenten daarover denken, en of het een eerlijke, efficiënte aanvulling is op traditionele beoordelingsmethoden. De centrale vraag is: hoe vinden we de juiste balans tussen menselijke en technologische beoordeling? Want tijdswinst is mooi, maar niet als het ten koste gaat van motivatie of kwaliteit.’