Het Fulɓe-volk wordt algemeen erkend als de belangrijkste veespecialisten van West-Afrika.
Taalkundige en antropologische studies wijzen erop dat de veecultuur een diepgaande invloed uitoefent op de levensstijl, wereldbeelden, kledingstijlen en zelfs de grammatica en het lexicon van hun moedertaal, bekend als Fulfulde (of Pulaar). Eén specifieke variëteit, bekend als Juguureere (of Djougoure, Juguure, zie Glottocode djou1238), biedt waardevolle inzichten in de rijke grammaticale kenmerken en de uitgebreide veegerelateerde woordenschat die de taal kenmerken. Toch blijft deze variëteit, ondanks haar potentieel om ons begrip van de grammaticale kenmerken en lexicale elaboratie van Fulfulde in relatie tot veecultuur te verruimen, tot op heden grotendeels onderbelicht.
Het onderzoek bevindt zich binnen de antropologische taalkunde en hanteert een semantische benadering. De analyse is gebaseerd op Juguureere-data, verzameld bij Fulɓe Juguureeɓe-herders in de Kara regio in Noord-Togo, en op mijn eigen intuïties als moedertaalspreker van het Juguureere.
Voorlopige bevindingen tonen aan dat de veecultuur wordt weerspiegeld in het nominale classificatiesysteem, waarbij koeien tot een aparte naamklasse behoren, terwijl andere dieren in verschillende naamklassen worden ondergebracht op basis van diverse semantische kenmerken. Het onderzoek richt zich ook op de lexicale elaboratie en op de rijke semantiek van veebeschrijvende termen hoe die gebruikt worden in omschrijvingen van concepten buiten het veedomein.

• anthropological linguistics
• cattle

Delen op Facebook Delen via Bluesky Delen op LinkedIn Delen via WhatsApp Delen via Mastodon