Universiteit Leiden

nl en

Nieuwe interpretatie Kamasoetra

Dat de Kamasoetra geen doeboek is, vertelde Herman Tieken al eerder in de nieuwsbrief. Pas toen hij zijn vertaling af had, zag hij wat geen enkele Indoloog tot dusver had gezien. Het is een persiflage op een vorstenspiegel. Het boek verscheen vorige week.

Ei van Columbus

Nadat hij zijn vertaling had voltooid en de tekst nogmaals aan een kritische beschouwing had onderworpen, kwam Tieken tot de conclusie dat het bij de Kamasoetra moet gaan om een persiflage op een ouder werk over het koningschap. ‘Honderd procent zekerheid heb je wat dat betreft natuurlijk nooit’, zegt hij, ‘maar als je dat eenmaal bedacht hebt, wordt het heel moeilijk de tekst nog anders te bezien.’ Het lijkt inderdaad het ei van Columbus. Het was overigens al lang bekend dat de tekst opvallende overeenkomsten vertoont met de Arthashastra, een verhandeling over koningschap en staatsinrichting, maar wat dat zou kunnen betekenen voor de interpretatie van de Kamasoetra, daar was niet verder over nagedacht.

Liefdesdrankjes

Tieken: ‘Net als de Arthashastra is de Kamasoetra ingedeeld in boeken, hoofdstukken en secties en in beide gevallen eindigt de tekst met een verhandeling over esoterische zaken: in het geval van de Kamasoetra gaat het om liefdesdrankjes en potentieverhogende middelen, in dat van de Arthashastra om een verhandeling over soorten gif om je vijanden mee uit de weg te ruimen. En volstrekt uniek is de inhoudsopgave aan het begin van beide teksten. Die lijkt vooral bedoeld om hun wetenschappelijk karakter te onderstrepen.’

Serieus

Tieken heeft ook wel een verklaring voor het feit dat nog nooit eerder is geopperd dat de Kamasoetra een persiflage zou zijn: ‘De klassieke Indiase literatuur wordt over het algemeen heel serieus genomen, er is gewoon geen plaats voor de gedachte dat het een grap zou kunnen zijn.’ En misschien namen (of nemen) de Indologen zichzelf ook wel te serieus? Toch ligt dat volgens Tieken ook wel in de aard van de literatuur zelf besloten. ‘De klassieke literatuur in het Sanskrit heeft altijd een wetenschappelijk aura. De taal is in de vijfde eeuw voor Christus feitelijk vastgelegd in een grammatica door Pāṇini.’ Het Sanskrit heeft sindsdien dezelfde status als bij ons het Latijn in de middeleeuwen.

Literatuur

Tieken: ‘Tot het begin van onze jaartelling werd het Sanskrit uitsluitend gebruikt voor religieuze, wetenschappelijke en juridische verhandelingen. Pas vanaf de eerste eeuw na Christus werd het ook gebruikt voor wereldse onderwerpen en voor literatuur. ‘Deze literaire traditie is ontstaan aan het hof; de schrijvers waren in de eerste plaats klerken, verantwoordelijk voor de koninklijke correspondentie.’  Het is over het algemeen heel moeilijk om de Sanskritteksten te dateren, omdat de taal door de tijd heen nauwelijks is veranderd. Wat helpt is dat de literatuur vrij sterk verweven is. ‘De teksten circuleerden binnen een relatief kleine groep van pandits (Sanskritgeleerden) en staan bol van verwijzingen naar elkaar, voor wie daar oog voor heeft’, vertelt Tieken. Omdat Sanskrit-teksten zo moeilijk te dateren zijn, lopen de schattingen voor de Kamasoetra uiteen van tussen de derde en vijfde eeuw na Christus. Tieken: ‘Maar we weten zeker dat hij is geschreven na de Arthashastra, omdat die daarin bij name genoemd wordt.’

Grap

De Kamasoetra is bij nadere beschouwing een verhandeling met wetenschappelijke pretenties, stelt Tieken. ‘Maar die pretenties blijken dus onderdeel van een grap te zijn, die eruit bestaat seks te behandelen alsof het om een zaak gaat van dezelfde importantie als het koningschap en het landsbestuur. De belangrijkste conclusie die je hieruit kunt trekken is dat je de Kamasoetra niet al te serieus moet nemen. Zoals van de meeste literaire Sanskritteksten is de bedoeling niet te informeren maar te imponeren. De lijstjes, de details, de stappenplannen, de berekendheid, het is allemaal bedoeld om te kijken hoever je bij het bedenken van dat soort zaken kan gaan.’ De Kamasoetra is zelf ook weer gepersifleerd, met name in de erotische poëzie die verzameld is in de Sattasai van vóór de zevende eeuw.      

Toevoegingen

Pandit Bhagvanlal Indraji, eredoctor van de Universiteit Leiden.

De vertaling van Herman Tieken is in het Nederlands de eerste die rechtstreeks uit het Sanskrit is. De eerste vertaling was gebaseerd op de Engelse vertaling van Richard Burton uit 1883. De tweede vertaling in het Nederlands was die van een Engelse die op zijn beurt weer de vertaling is van een Franse vertaling uit 1992. ‘Vertalingen van vertalingen zijn altijd al problematisch, maar dat geldt zeker voor vertalingen uit het Sanskrit’, zegt Tieken. ‘Het taalgebruik is daarin zo compact, dat je er als vertaler niet aan ontkomt uit te leggen en toe te voegen. In een volgende vertaling gaan die toevoegingen dan een eigen leven leiden, met alle gevolgen van dien.’

Eredoctoraat

Ook de eerste Nederlandse vertaling was niet enkel een vertaling van die van Burton. Die Engelse vertaling was gebaseerd op een ruwe Indo-Engelse versie van een pandit en díé was weer een vertaling uit het Goejarati door Bhagvanlal Indraji. Indraji was in 1884 een van de vier geleerden die een eredoctoraat van de Universiteit Leiden ontvingen. Dat jaar werden er voor het eerst eredoctoraten verstrekt. Tieken: ‘Men wist toen nog niet dat Indraji de Kamasoetra had vertaald…’ 

Vatsyayana, Kamasoetra,
vertaling: Herman Tieken Uitgeverij:
Uitgeverij: Athenaeum-Polak & Van Gennep, gebonden, 200 bladzijden
ISBN: 978 90 253 6412 0, € 27.50

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.