Universiteit Leiden

nl en

Het strafdossier door de ogen van Robert Malewicz en Chana Grijsen

Op donderdag 31 januari 2019 heeft Robert Malewicz samen met Chana Grijsen een gastlezing verzorgd voor de masterstudenten van strafrecht, waarin het strafdossier centraal stond.

Beiden zijn momenteel werkzaam bij het advocatenkantoor Cleerdin & Hamer in Amsterdam. Malewicz heeft tot 2002 gewerkt als docent bij het Instituut voor Strafrecht & Criminologie en Grijsen is voordat zij als advocaat ging werken als docent verbonden geweest aan de Universiteit Utrecht.

De zaak van Aydin C.

Tijdens de lezing werd eerst uitgebreid aandacht besteed aan de verdediging van Aydin C. Deze persoon werd verdacht van het afpersen van minderjarige meisjes via Internet. Er waren 78 feiten en 39 slachtoffers in deze zaak. Deze zaak wordt vaak in verband gebracht met Amanda Todd, de Canadese studente die werd afgeperst met een naaktfoto en in 2012 zelfmoord heeft gepleegd. In de zaak van Aydin C. beweerde C. dat hij niet degene was geweest die de slachtoffers had verleid.  Volgens het openbaar ministerie was er daarentegen voldoende bewijs dat C. de dader was, hetgeen vooral bestond uit 6 TB aan inbeslaggenomen data.

Digitale data

Malewicz en Grijsen, die als advocaat voor C. werkten, liepen tegen het probleem aan dat zij geen inzicht kregen in alle beschikbare data. Het strafdossier bestond uit een fractie van de digitale data en bestond bovendien alleen uit belastend materiaal voor cliënt. Het doel van de verdediging was een bredere context schetsen en het dossier uitbreiden met voor cliënt mogelijk ontlastend bewijsmateriaal. Dit was enkel mogelijk door toegang te krijgen tot de gehele 6 TB aan inbeslaggenomen data. Uiteindelijk verzande de zaak in een doorlopende strijd om deze digitale stukken.

Het Europese Hof

Tijden veranderen en dat merkt ‘het strafrecht’ ook. Steeds vaker en meer wordt er gebruik gemaakt van digitale mogelijkheden van opsporing en bewijsvoering. De wetgeving op dit gebied lijkt daarentegen sterk te zijn verouderd. De advocaten hebben in de zaak Aydin C. inmiddels cassatie ingesteld en zijn bereid om tot aan het Europese Hof door te procederen. De vraag kan, aldus beide advocaten, worden gesteld of er in deze zaak wel sprake is van een eerlijk proces in de zin van artikel 6 EVRM. Onder verwijzing naar diverse Europese jurisprudentie merken zij op dat - als advocaten geen volledige inzage in beschikbare data wordt gegeven - op deze wijze de advocatuur in een nadelige positie wordt gebracht ten aanzien van het OM.

Het proces tegen Holleeder

Het tweede deel van de gastlezing ging over de zaak Vandros, ofwel het proces tegen Willem Holleeder, waarbij Malewicz samen met Sander Jansen betrokken is als advocaat van Holleeder. In tegenstelling tot de vorige zaak, is er hier wel volledige inzage in de beschikbare data: het procesdossier is inmiddels uitgegroeid tot een half miljoen pagina’s. Malewicz wees erop dat er bij deze zaak 4 rechters zijn aangesteld in plaats van de gebruikelijke 3. De reden hiervoor is dat er altijd een derde rechter direct beschikbaar is, mocht één van de andere drie rechters uitvallen. Omdat deze zaak natuurlijk bij velen tot de verbeelding spreekt, werden er veel vragen gesteld over deze zaak door de studenten.

De uitermate boeiende gastlezing werd goed ontvangen door de studenten en werd afgesloten met een borrel.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.