Nederlands
Kijk op Nederlands - Perspectieven op een effectieve didactiek van eigentijdse vaardigheden en inhouden voor het schoolvak Nederlands
Waarom is Nederlands belangrijk?
In ons land is Nederlands voor veel leerlingen een taal die ze van jongs af aan horen, leren spreken, lezen, schrijven en die ze hun hele leven intensief zullen gebruiken. Deze voor hen ‘eerste taal’ en de Nederlandse cultuur zijn diep verbonden met de eigen identiteit. Voor deze en voor leerlingen met Nederlands als tweede of derde taal geldt dat een groeiend begrip en ontwikkeling van de taal en culturele achtergronden van groot belang zijn voor burgerschap en maatschappelijk succes. Die ontwikkeling gaat niet vanzelf. Hiervoor zijn eigentijdse lessen Nederlands met verschillende perspectieven op alles wat er te leren valt over taal en cultuur onmisbaar.
Waar gaat het schoolvak Nederlands over?
Het lijkt zo vanzelfsprekend: in Nederland en overzeese gebieden van ons koninkrijk krijg je de Nederlandse taal en cultuur er gratis bij. De taal en cultuur maken onderdeel uit van hoe we denken, wie we zijn en waar we wonen. Die vanzelfsprekendheid, van die alomtegenwoordigheid van taal en cultuur, maakt juist dat je er ook makkelijk aan voorbij kunt gaan. Zo kun je je onbewust zijn van hoe taal sturing geeft aan allerlei soorten boodschappen om je heen, onze kijk op de wereld, onze omgangsvormen...
Voor scholen in het algemeen en het schoolvak Nederlands in het bijzonder is allereerst een overkoepelend doel vastgesteld: leerlingen moeten ‘taalcompetent’ worden (SLO, 2025). Om dit te bereiken passeert tijdens de lessen Nederlands een rijke verzameling aan inhouden en vaardigheden die horen bij de kerndomeinen Communicatie, Taal en Letterkunde de revue. Leerlingen leren bijvoorbeeld over hoe ze on- en offline betrouwbare en relevante informatie kunnen vinden en gebruiken voor eigen taken, ze leren zich te verhouden tot allerlei soorten ideeën en meningen, vaak ingezette communicatietechnieken doorzien, zoals framing in politiek, media en literatuur en nog veel meer. Dit alles dus met als doel om leerlingen steeds bewuster te maken van de rol, aard en werking van taal en cultuur in ons leven. De gedachte is dat leerlingen zo goed worden ondersteund in hun te volgen onderwijs (t.b.v. studiesucces), voorbereid worden op hun rol als zelfstandig gebruiker en beschouwer van de taal, de taligheid en de cultuur om hen heen. Dit vraagt van docenten Nederlands dat ze goed op de hoogte zijn van de te onderwijzen inhouden en vaardigheden, van effectieve didactiek en het gebruik van verschillende perspectieven in de lessen.
Verdieping
Steeds meer docenten Nederlands zijn op de hoogte van de curriculumvernieuwingen, waarin het versterken van taalcompetentie en taalbewustzijn (samen bewuste geletterdheid genoemd) centraal staat. Dit betekent voor veel secties Nederlands een nodige aanpassing van leerlijnen: een curriculum met vaak een grote nadruk op taalvaardigheden wordt ingeruild voor een curriculum waarin de vaardigheden en leerinhouden die horen bij de kerndomeinen Communicatie, Taal en Letterkunde meer evenwichtig en in samenhang worden onderwezen. Het werken met de voor het vak onderscheiden vakperspectieven kan hierbij goed helpen (Meesterschapsteam Nederlands, 2019). Het gaat hierbij om de Nederlandse taal en het taalgebruik te benaderen als:
- Systematisch fenomeen
- Individueel fenomeen
- Sociaal-cultureel fenomeen
- Historisch fenomeen
Met behulp van deze perspectieven kunnen de taalvaardigheden lezen, schrijven, spreken en luisteren samen met de taal- en letterkundige onderdelen én bredere vaardigheden zoals informatie- en onderzoeksvaardigheid makkelijker in samenhang worden onderwezen.
Om dit soort eigentijdse lessen Nederlands te ontwerpen, is het effectief om het onderwijs te starten met een levensechte situatie of taak en daarbij één of meerdere betekenisvolle vragen waaraan het leerproces kan worden opgehangen. Deze Hele-Taak-Eerst-benadering geeft doorgaans niet alleen meer betekenis, maar ook meer mogelijkheid te differentiëren én te activeren.
Vanuit het ICLON ondersteunen we taaldocenten bij het ontwerpen en begeleiden van dit soort krachtige ‘Hele-taak-eerst-leertaken’, met praktische werkvormen, passende beoordelingscriteria en handvatten voor hulp op maat. We houden hierbij ook rekening met de verschillende vakperspectieven en het nieuwe schoolvakcurriculum. Zo kan de ontworpen aanpak haalbaar, duurzaam en effectief worden ingepast in het curriculum.
Praktijkvoorbeeld
Debatteren en het gebruik van perspectieven
Hoe kan een reguliere aanpak worden verrijkt en verbonden aan andere leerstof uit het vak? En hoe kan het geheel uitdagend en betekenisvol in enkele lessen worden aangeboden? Dit voorbeeld van de nieuwe aanpak is deels geïnspireerd op lesmateriaal dat twee Docenten Ontwikkel Teams (DOT1 en 2) hebben gemaakt. De lesmaterialen, inclusief een stappenplan voor het geven van constructieve feedback, zijn te vinden via deze link: Nederlands | Spreekvaardigheid en het gebruik van feedback.
Reguliere aanpak van lessen spreekvaardigheid
Leerlingen van een 5 vwo-klas horen van de docent dat ze gaan debatteren (drie tegen drie) voor een cijfer. Over enkele weken is de eerste groep van zes leerlingen aan de beurt. De docent heeft twee lessen gereserveerd voor instructie op de opdracht, inclusief het bespreken van een voorbeelddebat op video en het voorbereiden van het debat in groepen. De debatten gaan over maatschappelijke onderwerpen en de leerlingen mogen in groepen zelf hun onderwerp bepalen. De docent deelt in de tweede en laatste les ook het beoordelingsformulier uit met criteria waarop het debat zal worden getoetst. De verdere voorbereiding gebeurt in de eigen tijd. De week erna starten de debatten voor een cijfer.
Verrijkte aanpak
Bij een verrijkte aanpak kan de docent ervoor kiezen om in een lessenserie van bijvoorbeeld 5 lessen naast debatvaardigheden ook aandacht te hebben voor specifieke vakinhouden. Denk bijvoorbeeld aan specifieke stijlfiguren, argumentatietheorie en/of framing. De leerlingen kunnen die kennis inzetten om de eigen overtuigingskracht te verhogen. De docent kan ook een onderwerp voor het debat kiezen dat raakt aan het schoolvak Nederlands, zoals het nut van het lezen voor de lijst op school, de verengelsing van de taal, AI-gebruik bij werkstukken, enzovoorts. De gekozen leerstof wordt verwerkt in de debatlessen en (dus) ook in de lijst met toetsingscriteria voor het uiteindelijk uit te voeren en te toetsen debat.
De lessen worden gestart met een levensechte (hele) taak. De leerlingen zullen aan het eind van enkele lessen gaan debatteren over een stelling waar de sectie Nederlands of de schoolleiding (al dan niet daadwerkelijk) over gaat beslissen. In de eerste lessen volgt naast een uitleg over de vorm van het debat ook enige uitleg over de uitgekozen leerstof en vakinhouden. Deze uitleg wordt afgewisseld met debatvoorbeelden op video die worden besproken. In de nabespreking is er telkens aandacht voor debatvaardigheden en een net uitgelegd deel van de leerstof (bijvoorbeeld een voorbeeld van een krachtige stijlfiguur die is gebruikt). Op die wijze krijgen leerlingen steeds meer een beeld van wat ervan ze wordt verwacht en hoe de vakinhoud kan helpen de eigen debatvaardigheid te verbeteren. Deze aanpak sluit aan bij de gewenste vakvernieuwing, waarin vaardigheden en vakinhoud in samenhang met elkaar worden onderwezen.
In het tweede deel van de lessenserie (van bijvoorbeeld 5 lessen) stelt de docent eerst met de leerlingen de toetsingscriteria op voor de eindbeoordeling van de debatten. Uiteraard kan de docent bij een dergelijke inductieve aanpak bijsturen, zodat ook daadwerkelijk wordt getoetst wat getoetst moet worden. Maar er is hier wel sprake van enige keuzevrijheid voor leerlingen, wat motiverend en activerend werkt. In deze les wordt ook besproken hoe de leerlingen in de volgende lessen als sprekers kunnen worden geholpen in hun ontwikkeling. Het bespreken van een stappenplan voor het geven van constructieve feedback (zie het DOT-materiaal bij les 7 of Vaardig met Vakinhoud, p. 129) kan nu worden besproken en gebruikt in de volgende lessen.
In deze laatste lessen wordt de focus verlegd naar het zelf gaan oefenen in vaste debatgroepjes met de leerstof, zowel met het bedenken van bijvoorbeeld een mooie stijlfiguur, alsook het spreken voor publiek, het geven van constructieve feedback op spreken van een ander en het verwerken van ontvangen feedback. Deze laatste component is van belang om meer bewustzijn aan te wakkeren, gericht op het leren spreken en de leerlingen te laten ervaren dat ieder een eigen leerproces doormaakt en dat leerlingen elkaar hier gericht in kunnen ondersteunen (hulp op maat is mogelijk).
De combinatie van inhoudelijke diepgang, creatieve expressie en procesgerichte feedback zorgt voor een krachtige leerervaring. Vanuit het ICLON ondersteunen we docenten in het ontwerpen van dergelijke taaltaken, waarbij het curriculum leidend is, maar de leerling in beweging komt door betrokkenheid en relevantie.
Kernelementen van betekenisvol en effectief spreekonderwijs
Voor dit soort betekenisvolle en effectieve debatlessen betrekken we kennis vanuit actueel en relevant (vak-)didactisch onderzoek. Bij deze lessenserie wordt bijvoorbeeld gewerkt met vijf empirisch onderbouwde kernelementen (Wurth et al., 2019) die de ontwikkeling van spreekvaardigheid van leerlingen ondersteunen:
- Werken met een duidelijke criterialijst voor spreken.
- Verkennen van het spreekniveau en -potentieel van leerlingen door analyse en beoordeling.
- Inzetten van zelf-, peer- en docentenfeedback op spreken.
- Observeren en bediscussiëren van spreekvoorbeelden op video.
- Regelmatig oefenen met verschillende spreektaken.
Ook wordt aangesloten bij de uitgangspunten van het nieuwe schoolvakcurriculum waarin het in samenhang onderwijzen van vaardigheden en vakinhoud wordt geadviseerd. Tot slot hebben we met dit voorbeeld laten zien dat met de introductie van een betekenisvolle en authentieke hele taak het onderwijs voor leerlingen niet alleen uitdagend is, maar de docent ook ruimte geeft voor activering en differentiatie.
Lees meer
Voorbeelduitwerkingen en tips voor de Hele-taak-eerst-benadering en hulp-op- maat-onderwijs (ook voor het schoolvak Nederlands)
- F.J.J.M., Hulshof, H. & K. van Veen (2016). Uitdagend gedifferentieerd vakonderwijs. Praktisch gereedschap om je onderwijsrepertoire te blijven uitbreiden. Leiden/Groningen: UFB.
- Janssen, F.J.J.M. (2019). Motiveren, gedifferentieerd uitdagen en formatief evalueren. Didactief.
- Video OCW: ICLON - Gedifferentieerd uitdagen
- Janssen, F.J.J.M., Hulshof, H. & Van Veen, K. (2019). Wat is echt de moeite waard om te onderwijzen? Een perspectiefgerichte benadering. Leiden: StudioSB.
- Janssen, F.J.J.M. (2020) Samenhang? Ja graag. Maar hoe dan? Didactief.
Verwijzingen
- Dera, J., Gubbels, J., Van der Loo, J. & Van Rijt, J. (red.) (2023). Vaardig met Vakinhoud. Handboek vakdidactiek Nederlands. Bussum: Coutinho.
- Definitieve conceptkerndoelen Nederlands en rekenen en wiskunde (2025). SLO.
- Meesterschapsteam, 2019. Perspectieven_als_basis_voor_eindtermen_NL_LINEAIReindversie181219.pdf
- J.G.R. Wurth, E.H. Tigelaar, H. Hulshof, J. C. de Jong, & W.F. Admiraal (2019). Key elements ofL1-oral language teaching and learning in secondary education. A literature review. L1-Educational Studies in Language and Literature, 19, 1-23.
