Dieren in het Aards Paradijs, van Dürer tot Rembrandt
U kunt nog niet aanmelden.
Deze collegereeks gaat over de dieren rondom Adam en Eva op het moment van de Zondeval, zoals in de schilderkunst van de zestiende en zeventiende eeuw. Vanaf Albrecht Dürer (1504) neemt het aantal dieren, naast de onvermijdelijke slang, explosief toe, tot aan de circa 90 dieren, verdeeld over meer dan 50 diersoorten in het Adam en Eva-schilderij (ca. 1617) van Rubens en Brueghel in het Mauritshuis. Dieren geven aan de Paradijsscène een betekenis die de traditionele, middeleeuwse symboliek van leeuw, hert en lam overstijgt. Wat betekenen al die dieren in het Paradijs: Dürers papegaai, eland, gems en das, het jachtwild van Cranach, de exotische avifauna van Brueghel en Savery (compleet met paradijsvogels, kaketoes, toekans en kasuarissen) en de draak en olifant in Rembrandts gravure Adam en Eva (1638)? Hoe ondersteunen de dieren de thematiek van de Zondeval? Vanuit een interdisciplinair perspectief (kunstgeschiedenis, Bijbelinterpretatie, wetenschapsgeschiedenis, animal studies) gaan we in vijf colleges op deze vragen in. In het eerste college bespreken we enkele basisbegrippen (de typologische interpretatie van het boek Genesis, de natuurhistorische begrippen sympathie en antipathie, het huidige begrip differentiële imitatie). Deze begrippen illustreren we aan het werk van Dürer. In de vier volgende colleges staan telkens één of twee kunstenaars centraal: Cranach, Rubens en Brueghel, Savery, Rembrandt. In het laatste college zullen we bovendien ingaan op de algemene vraag wat dierenafbeeldingen van toen kunnen zeggen over de relatie tussen mens en dier, en over de biodiversiteit van toen vergeleken met die van nu.
Bij voldoende belangstelling wordt de collegereeks afgesloten met een vogel/kunstexcursie in het Mauritshuis.

College 1: theoretische inleiding; analyse van Paradijsstukken van Dürer, met name diens gravure Adam en Eva (1504).
College 2: analyse van de dieren in enkele Paradijsstukken van Cranach: traditie en vernieuwing in de diersymboliek; de rol van de opdrachtgevers.
College 3: de ontwikkeling van Brueghel als dierschilder; zijn samenwerking met Rubens; de natuurhistorische actualiteit van zijn werk.
College 4: Savery als dierschilder aan het hof van Rudolf II en in Nederland; het moderne begrip animal turn en Savery’s experimenten met picturale focalisatie.
College 5: analyse van de gravure Adam en Eva (1638) van Rembrandt: de relatie met Dürers Adam en Eva en met de fabelillustraties van Marcus Gheeraerts. In het tweede deel van het college: Wat zeggen dierafbeeldingen van toen over de mens-dier relatie, en over biodiversiteit toen en nu.
Eventueel: vogel/kunstexcursie in het Mauritshuis
Docent

Paul J. Smith is emeritus hoogleraar Franse letterkunde aan de Universiteit Leiden. Zijn interesse gaat, naast de vroegmoderne Franse letterkunde, uit naar de relatie tussen kunst en natuurbeschouwing in de 16e en 17e eeuw.
Zie verder de webpagina van Paul Smith op de website van de Universiteit Leiden.
Praktische informatie
5 woensdagen
8, 15, 22, 29 oktober
5 november 2025
13.15-15.00 uur
Leiden, in een collegezaal
Bij voldoende belangstelling een 6e bijeenkomst
Hoorcollege met mogelijkheid tot vragen.
Bij voldoende belangstelling een excursie.
De deelnemers krijgen tussen de 2 uur en 5 uur leesmateriaal aangereikt per bijeenkomst; daar zijn teksten in het Engels bij. De docent verwacht dat zij dit voorbereiden.
De collegereeks is bedoeld voor belangstellenden in de beeldende kunst van de 16e-17e eeuw, in wetenschapsgeschiedenis, met name in de natuurlijke historie in de 16e-17e eeuw, in animal studies, en in 16e-eeuwse Bijbelinterpretatie.
Powerpoints na de bijeenkomsten, voor zover de copyrights dit toelaten.
Verder leesteksten en afbeeldingen ter voorbereiding op de colleges.
Lijst van leesteksten per bijeenkomst
College 1
Introduction & Chapter 1 “Reading and Painting God’s Book of Words and Book of Nature” & Chapter 2 “Rereading Dürer’s Representations of the Fall of Man”, in Paul J. Smith, Animals in Eden […], Brill, 2025, pp. 1-62.
College 2
Chapter 3 “Cranach’s Animals”, in Smith, Animals in Eden, pp. 63-78.
College 3
Anne T. Woollett & Ariane van Suchtelen, Rubens & Brueghel. A Working Friendship, Waanders, 2006, pp. 64-71 en 233-239 (er is ook een Nederlandse versie van het boek), en Chapter 8 “Sympathy in Eden: On Paradise with the Fall of Man by Rubens and Brueghel”, in Smith, Animals in Eden, pp. 169-185.
College 4
geen literatuur, wel enkele schilderijen.
College 5
Paul J. Smith, “Diersymboliek in Rembrandts Zondeval (1638) en in Vondels Adam in ballingschap”, De zeventiende eeuw 26 (2010), pp. 2-20, en Chapter 4: “Montaigne and the Earthly Paradise”, in Sarah Cohen, Picturing Animals in Early Modern Europe: Art and Soul, Brepols, 2021, pp. 95-111.
Colleges en studiemateriaal € 215,- (incl. koffie/thee in de pauze)