Jan Baetens is hoogleraar Culturele Studies en Literatuurwetenschap aan de KU Leuven, waar hij zich met name richt op woord-en-beeldstudies. Hij is de auteur van vele essays en boeken over strips, graphic novels, novellisaties en fotoromans. Hij schreef de boeken Rebuilding Storyworlds: On The Obscure Cities by Schuiten and Peeters (Rutgers University Press, 2020), The Graphic Novel: An Introduction (Cambridge University Press, 2014, met Hugo Frey), Hergé écrivain (Flammarion, 2006), en hij was co-redacteur van The Cambridge History of the Graphic Novel (Cambridge University Press, 2018).

Op 13 april bespreekt Jan Baetens aan de hand van een reeks voorbeelden uit de internationale stripgeschiedenis de vraag: wat is een grafische roman? Welke stijlfiguren zijn typerend voor de grafische roman? Hoe lezen we een grafische roman? Waarom heeft de grafische roman een format en een vorm die vaak zo verschillen van die van de strip? Hoe wordt de grens tussen hoge en lage cultuur bevraagd in de grafische roman?

Yasco Horsman is universitair docent Film- en Literatuurwetenschap aan de Universiteit Leiden en opleidingsvoorzitter van de Master in Mediastudies. Hij doceert elk jaar een cursus over animatie en strips en publiceerde o.a. essays over Art Spiegelman, Chris Ware, Daniel Clowes, en Mickey Mouse in de Oxford Art Journal, Tijdschrift voor Psychoanalyse, en de Journal of Graphic Novels and Comics.

Op 20 april onderzoekt Yasco Horsman of er een specifiek Nederlandse traditie van grafische romans bestaat. Aan de hand van voorbeelden uit het werk van (onder andere) Marten Toonder, Thé Tjong-Khing, Peter Pontiac en Mark Smeets bespreekt hij welke vormen de literaire strip in Nederland heeft gekend, en hoe deze in dialoog hebben gestaan met literaire, artistieke en (sub-)culturele tradities in het naoorlogse Nederland.

Joost Swarte is auteur van strips (Bijna Compleet, 2009) en van boeken over kunst (En Toen de Stijl, 2017). Hij maakt illustraties (o.a. voor de New Yorker, verzameld in New York Boek (2017)), ontwerpt en illustreert literatuur (Biesheuvel, Nescio), gaf vorm aan kinderpostzegels, glas-in-loodramen, een theaterzaal (de toneelschuur in Haarlem) en een frietkot (Friethoes, ook in Haarlem). Daarnaast was (en is) hij een drijvende kracht in de literaire Nederlandse stripwereld, onder andere als redacteur van Modern Papier, Oog & Blik en Scratch / Scratches, en als initiatiefnemer van de Haarlemse Stripdagen. In 2004 werd hij geridderd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Op 11 mei bespreekt Joost Swarte zijn eigen relatie tot de ‘literaire strip.’ Aan de orde komen de tekenaars die hem geïnspireerd hebben, en zijn eigen werk als tekenaar van complexe, meerduidige illustraties en strips die de grens tussen woord & beeld en kunst & literatuur bevragen.

Aimée de Jongh gaf haar succesvolle krantenstrip Snippers op om zich volledig te richten op het tekenen en schrijven van grafische romans. Dit resulteerde in de reeks De Terugkeer van de Wespendief (2014), Bloesems in de Herfst (met Zidrou, 2018), TAXI (2019) en Dagen van Zand (2021). De Jongh’s werk is vertaald (in zeven talen), verfilmd (De Terugkeer van de Wespendief (Kolk, 2017)), geroemd en ontving talloze prijzen (waaronder de Prix Ouest France, Quai des Bulles, Etoiles de Paris, Atomic Comic Prize, International Manga Award en Prix Saint-Michel).

Op 18 mei geeft Aimée de Jongh een lezing over de ontstaansgeschiedenis van haar grafische roman Dagen van Zand (2021). De Jongh bespreekt haar inspiratiebronnen (o.a. een foto van
Dorothea Lange) en de strategieën die ze gebruikt om met visuele middelen een literair verhaal te vertellen. Tijdens haar lezing zal ze onder andere vroege schetsen en opzetten van haar werk tonen.