Logo Universiteit Leiden.

nl en

Lopende onderzoeksprojecten

Hieronder leest u over de lopende onderzoeksprojecten bij Babylab.

Many Babies 2: "Theory of mind"

Dit is een samenwerkingsverband waarbij vele babylabs van over de hele wereld betrokken zijn. In deze studie onderzoeken we of 2-3-jarigen in staat zijn te anticiperen op het gedrag van een personage door rekening te houden met wat dit personage wel of niet weet over de situatie. Uw kind zit op uw schoot en krijgt animaties te zien met twee personages, waarbij de ene zich verstopt en de andere gaat zoeken. Degene die zoekt weet soms wel en soms niet dat degene die zich heeft verstopt van plaats is veranderd. Met behulp van een eyetracker kunnen we nagaan of uw kind zou kijken naar de plaats waar hij/zij verwacht dat het zoekende personage gaat zoeken.

Illustratie van de animatie in de ManyBabies 2 studie

Many Babies 3: "Regels Leren"

Deze studie is ook een samenwerkingsverband tussen babylabs van over de hele wereld, waarbij twee van de vier teamleiders hier in Leiden gevestigd zijn. In deze studie doen we een replicatie van het werk van Marcus en collega's (1999). In deze studie proberen we uit te vinden of baby's tussen 5 en 12 maanden oud in staat zijn om patronen te herkennen in taal. Dit zou een belangrijk leermechanisme kunnen zijn voor het leren van grammaticale regels in taal.

In dit onderzoek zit uw baby bij u op schoot en luistert eerst twee minuten naar korte spraakfragmenten met een specifiek patroon. Onmiddellijk na afloop van deze familiarisatiefase begint een korte testfase, waarin we spraakfragmenten laten horen die hetzelfde patroon volgen of die juist een ander patroon volgen dan die in de familiarisatiefase.  We onderzoeken of baby's het verschil tussen het bekende en het nieuwe patroon opmerken, door te meten hoelang ze hun aandacht richten op de luidspreker – met lichtje - waaruit de spraak wordt aangeboden, aan hun linker- of rechterkant. Een verschil in aandacht voor de spraakfragmenten met de bekende en de nieuwe patronen geeft aan dat het patroon tijdens de familiarisatiefase geleerd is.

Bouwstenen van Cognitie

Het Bouwstenen van Cognitie project is een gezamenlijke studie van vier Nederlandse babylabs, gefinancierd door NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek). We werken samen met collega's van de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Utrecht en de Radboud Universiteit Nijmegen om twee belangrijke studies te repliceren die aan de basis liggen van ons begrip over taalontwikkeling bij baby’s.

De eerste studie die we proberen te repliceren lijkt sterk op de studie die beschreven is in de Many Babies 3 studie. Het belangrijkste verschil tussen deze twee is dat we voor deze studie de oorspronkelijke studie zo precies mogelijk herhalen en alleen zeven maanden oude baby’s bestuderen. Verder zijn de onderzoeksvraag en -procedure precies hetzelfde: In dit onderzoek zit uw baby bij u schoot en luistert eerst twee minuten naar korte spraakfragmenten met een specifiek patroon. Onmiddellijk na afloop van deze familiarisatiefase begint een korte testfase, waarin we spraakfragmenten laten horen die hetzelfde patroon volgen of die juist een ander patroon volgen dan die in de familiarisatiefase.  We onderzoeken of baby's het verschil tussen het bekende en het nieuwe patroon opmerken, door te meten hoelang ze hun aandacht richten op de luidspreker – met lichtje - waaruit de spraakfragmenten wordt aangeboden, aan hun linker- of rechterkant. Een verschil in aandacht voor de spraakfragmenten met de bekende en de nieuwe patronen geeft aan dat het patroon tijdens de familiarisatiefase geleerd is.

In de tweede studie van dit project repliceren we een studie van Kovacs & Mehler (2009) , waaruit bleek dat tweetalige baby’s van zeven maanden oud al beter zijn in het schakelen tussen taken dan eentalige baby’s van dezelfde leeftijd. Het is belangrijk om na te gaan of de resultaten van deze studie ook weer gevonden worden bij nieuwe groepen baby’s.

Ook willen we onderzoeken of de mate van tweetaligheid of meertaligheid de resultaten kan beïnvloeden. Voor deze studie zit uw kind bij u op schoot voor een scherm met een ingebouwde eye-tracker. Op het scherm verschijnen plaatjes van speelgoed aan één kant van het scherm, nadat eerst een kort spraakfragment is afgespeeld. Al heel snel zal uw baby bij het horen van het spraakfragment al gaan kijken naar de kant van het scherm waar hij/zij het plaatje verwacht, dus nog voor het plaatje verschijnt. Dit heet anticiperen. Na een paar minuten verschijnt het plaatje aan de andere kant van het scherm. We meten vervolgens of baby's in staat zijn om ook weer te anticiperen op deze nieuwe locatie van het plaatje, en of er hierbij een verschil is tussen ééntaligen en meertaligen. Het is een leuke taak voor uw baby en u kunt het hele gebeuren van dichtbij meemaken!

Deze website maakt gebruik van cookies.