Universiteit Leiden

nl en

Sarah de Lange nieuwe hoogleraar Nederlandse Politiek: ‘Onze democratische rechtstaat is geen vanzelfsprekendheid’

‘Onze politiek verandert, maar kent ook stabiliteit; die spanning fascineert mij.’ Sarah de Lange bestudeert onder meer het Nederlandse partijsysteem, en specifiek hoe de opkomst van extremistische partijen de democratie beïnvloedt. Medio oktober begint zij als hoogleraar in Leiden.

Voordat je promoveerde aan de Universiteit van Antwerpen en universitair (hoofd)docent en vervolgens hoogleraar werd aan de Universiteit van Amsterdam, studeerde je Politicologie hier in Leiden. Is er een herinnering aan jouw studietijd die je wilt delen?

‘Mijn studie politicologie in Leiden viel samen met de opkomst van Pim Fortuyn. De doorbraak van zijn LPF werd in die tijd als een politieke aardbeving gezien. Tot 2002 dachten commentatoren dat Nederland niet echt vatbaar was voor het oprukkende radicaal-rechtse populisme. Doordat ik in Leiden college kreeg van wereldberoemde vergelijkend politicologen, niet in de laatste plaats de te vroeg overleden professor Peter Mair, leerde ik dat Nederland juist een stevige voedingsbodem kende voor deze nieuwe politieke stroming, en dat het Nederlandse politieke systeem bij uitstek goede kansen bood voor politieke ondernemers.’

‘Wat ik bijzonder vond aan mijn opleiding in Leiden was de aandacht voor de individuele student. Ondanks dat ik met zo’n 75 studenten startte aan mijn doctoraal oude stijl, stond een van de hoogleraren in het eerste jaar van mijn studie erop alle studenten op camera te laten vertellen wat hen uniek maakte. Hij bekeek deze video tijdens zijn workout op de hometrainer, en kende hierdoor na een week iedereen bij naam. Alhoewel ik zelf deze truc niet hanteer, vind ik het wel heel belangrijk studenten persoonlijk te leren kennen, en hun niet alleen inzicht en kennis bij te brengen, maar hen ook te ondersteunen bij hun persoonlijke ontwikkeling. De studententijd is het ultieme moment om te ontdekken wat je interessant vindt, wat je goed kan, en wat je ontwikkelpunten zijn.’

Dichter bij Den Haag

En hoe blik je vooruit op de terugkeer bij jouw alma mater?

‘Wat mij enorm aanspreekt in de functie die ik in Leiden ga bekleden, is het feit dat in de bachelor- en masteropleidingen veel aandacht uitgaat naar de Nederlandse politiek, en dat studenten ook bewust om deze reden voor Leiden kiezen. Bovendien is het voor mij heel aantrekkelijk om dichter bij Den Haag te werken. Dit is relevant voor het onderwijs, het is immers belangrijk dat studenten kennismaken met de politieke praktijk, maar ook voor mijn onderzoek. Ik vind het ongelooflijk belangrijk om mijn onderzoeksbevindingen te vertalen naar handelingsperspectieven die onze democratie kunnen verbeteren. Zo pleit ik op basis van het bestaande onderzoek al jaren voor het verlagen van de kiesgerechtigde leeftijd naar 16 jaar. Door dichter bij Den Haag te zitten kan ik dit soort voorstellen beter laten landen.’

Politicologen komen terecht in verschillende functies. Wat was het dat jou voor de wetenschap heeft behouden?

‘Mijn hele leven houd ik al van het oplossen van puzzels, of het nu legpuzzels, kruiswoordpuzzels, of misdaadmysteries zijn. En het doen van onderzoek is als het oplossen van een puzzel: er vindt een ontwikkeling plaats die niet verklaard kan worden door bestaande theorieën en daarom moet je op zoek naar een nieuwe verklaring, en toetsen of die wel klopt. Dit inzicht dank ik voor een belangrijk deel aan mijn mentor Huib Pellikaan, die mij als student-assistent inhuurde tijdens mijn opleiding politicologie in Leiden. Hij hielp mij bij het doen van mijn eerste echte wetenschappelijke onderzoek, nam mij mee naar mijn eerste wetenschappelijke congres, en samen met hem en medestudent Tom van der Meer publiceerde ik mijn eerste wetenschappelijke artikel.’

Verandering en continuïteit

Hoe zou jij jouw leeropdracht omschrijven?

‘Als hoogleraar Nederlandse Politiek is mijn doel om de transformatie te doorgronden die de afgelopen decennia is ingezet. Daarbij is het belangrijk om veranderingen die plaatsvinden, zoals de opkomst van uiterst rechts, de toegenomen politieke versnippering, de groeiende polarisatie, en het geknibbel aan de democratische rechtsstaat te verklaren. Maar het is belangrijk om ook oog te hebben voor de continuïteit die Nederlandse politiek nog steeds kenmerkt.’

Omslag van het Oxford Handbook of Dutch Politics

‘Zo laat het Oxford Handbook of Dutch Politics, waar ik samen met Tom Louwerse (Universiteit Leiden), Paul ’t Hart (Universiteit Utrecht) en Carolien van Ham (Radboud Universiteit) editor van ben, zien dat de klassieke kernmerken van de ‘polderdemocratie’ nog steeds zichtbaar zijn in Nederland.’

‘Een belangrijke vraag voor de komende jaren is uiteraard of dat sinds 2024, met de komst van het kabinet Schoof I, wezenlijk veranderd is. Meer specifiek wil ik de komende jaren onderzoeken of we aan de hand van het begrip “unpolitics”, een term geïntroduceerd door de Britse politicoloog Paul Taggart, beter inzicht kunnen krijgen in de veranderingen die plaatsvinden in de Nederlandse politiek. Volgens Taggart gaat het bij unpolitics om het strategisch gebruik van ontwrichtende tactieken in de politiek, meestal door nieuwe politieke actoren. Zij bedienen zich bijvoorbeeld bewust van polariserend taalgebruik, samenzweringstheorieën en wetenschapsontkenning. Maar ook van strategieën zoals ontmenselijking of het delegitimeren van verkiezingsuitkomsten, die de drempel voor het gebruik van politiek geweld kunnen verlagen. Het leuke is dat ik voor het eerst in aanraking kwam met het begrip unpolitics toen Taggart een lezing gaf aan de Universiteit Leiden in 2023.’

Democratie is niet perfect, maar wel het meest eerlijke systeem

Voor een politicoloog is ‘de samenleving’ een studie-object. Zie jij de burgers en politici die jij onderzoekt, ook als gesprekspartner?

Portret van Sarah de Lange
Sarah de Lange (foto: Guido Benschop)

‘Als onderzoeker vind ik het ongelooflijk belangrijk om mijn bevindingen met een breed publiek te delen. Nog voor ik ooit mijn eerste wetenschappelijke artikel publiceerde met Leidse collega’s, schreef ik voor de krant Trouw een stuk om de opkomst van Fortuyn te duiden. En gedurende mijn hele carrière heb ik een breed palet aan outlets geprobeerd te bedienen om zoveel mogelijk groepen burgers te bereiken. Ik spreek met evenveel enthousiasme over mijn onderzoek op AT5 als op CNN, en ik breng even graag een officieel advies aan de Tweede Kamer en het kabinet uit als dat ik een middelbare school in het oosten van het land bezoek om aan de debat deel te nemen.’

‘Wat ik het belangrijkst vind tijdens debatten en lezingen is om burgers ervan te doordringen dat de democratische rechtstaat een waardevol iets is, dat we niet als gegeven mogen nemen. Het is zeker geen perfect systeem. Sommige groepen burgers worden bijvoorbeeld minder goed vertegenwoordigd dan andere. Maar het is wel het meest eerlijke politieke systeem dat we kennen. En het systeem dat de rechten van burgers het beste beschermt tegen willekeur en tirannie van de overheid.’

We zitten midden in de campagne voor de Tweede-Kamerverkiezingen. En momenteel maakt de Nederlandse politiek natuurlijk een turbulente tijd door. Hoe kijk jij aan tegen de huidige ontwikkelingen? Wat zijn jouw verwachtingen ten aanzien van de komende verkiezingen?

‘Politicologen hebben geen kristallen bol en kunnen de uitkomst van verkiezingen niet voorspellen, zeker in een land als Nederland waar de kiezer niet langer vastzit aan één partij. Uit onderzoek is bekend dat zeer veel Nederlandse kiezers pas in de laatste dagen van de campagne, of zelfs in het stemhokje, definitief besluiten op wie hun keuze valt. Wat wel aannemelijk is, is dat ons na de verkiezingen een zeer ingewikkelde kabinetsformatie wacht. Diverse partijen zijn tijdens de campagne expliciet geweest over het feit dat zij samenwerking met sommige partijen niet zien zitten vanwege inhoudelijke verschillen, of vanwege een gebrek aan onderling vertrouwen.’

‘Vanuit democratisch oogpunt is dit positief, want nu kan de kiezer deze voorkeuren meewegen bij het bepalen van zijn of haar stem. Maar het maakt het in het huidige gefragmenteerde landschap wel lastig een meerderheidskabinet te vormen. Om deze reden pleit ik trouwens al jaren om te experimenteren met een minderheidskabinet, dat wisselende meerderheden zoekt afhankelijk van het beleidsterrein waar men hervormingen wil doorvoeren.’

Moeten we ons zorgen maken om onze democratie?

‘Lang is gedacht dat vooral relatief nieuwe democratieën, zoals Hongarije en Polen, vatbaar zijn voor erosie. Maar ook in Nederland is dat mogelijk. We hebben hiervan tekenen gezien tijdens het kabinet Schoof I. Er zijn twee belangrijke redenen waarom de achteruitgang niet zo rap gaat als in bijvoorbeeld Italië of het Verenigd Koninkrijk. In de eerste plaats zorgt ons proportionele kiesstelsel voor een gefragmenteerd partijenlandschap en voor brede coalities. Dat maakt het minder makkelijk voor een of twee partijen om maatregelen te nemen die de democratische rechtsstaat uithollen. Tegelijkertijd moeten andere partijen dan wel hun rug rechthouden, en we tijdens het kabinet Schoof I werd duidelijk dat zij het vaak moeilijk vinden hun rug recht te houden. In de tweede plaats hebben wij het geluk dat de Eerste Kamer een andere samenstelling kent dan de Tweede Kamer, en hierdoor een aantal schadelijke maatregelen zijn ingetrokken of afgestemd. Maar het is belangrijk te beseffen dat deze samenstelling in 2027 waarschijnlijk verandert. Het is de vraag of deze Kamer dan nog steeds als rechtstatelijk geweten optreedt.’

De academische vrijheid staat onder druk

Je staat bekend als een wetenschapper die het publieke debat niet schuwt en ook stelling durft te nemen. Botst dit niet op de objectiviteit die we van een onderzoeker mogen verwachten?

‘Wanneer ik deelneem aan het publieke debat, doe ik dat op basis van mijn expertise. Ik deel inzichten uit wetenschappelijk onderzoek en hoe wij deze kunnen toepassen op actuele ontwikkelingen. Ik geef dus niet mijn mening maar ik duid gebeurtenissen, processen, en uitkomsten. Daarbij maak ik gebruik van mijn academische vrijheid, een wezenlijk onderdeel van de democratische rechtstaat dat ook academici in de publieke ruimt beschermt. En een principe dat stevig onder druk staat, helaas. Om deze reden doe ik ook wetenschappelijk onderzoek naar hoe ontwikkelingen in de politiek uitwerken op academische vrijheid, en in het bijzonder naar de manier waarop zij bijdragen aan bedreigingen en intimidatie van wetenschappers.

Leren van studenten

Is er iets waar je in het bijzonder op verheugt in je nieuwe baan als hoogleraar Nederlandse Politiek?

‘Het duurt nog tot februari, maar ik kijk er vooral naar uit om voor het eerst college te geven aan de Leidse politicologiestudenten. In de tijd dat ik hier studeerde, werd de opleiding alleen in het Nederlands aangeboden, terwijl er nu een enorm diverse en internationale studentenpopulatie is. Het fijne van een dergelijke groep studenten is dat ik, als vergelijkend politicoloog, enorm veel leer van de studenten over de politiek in hun landen van herkomst, en van hun kijk op de Nederlandse politiek.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.